De kinderen van de blindenschool in Hawassa wonen intern. Hun ouders wonen op zo'n afstand dat dagelijks op en neer reizen niet haalbaar is.
Toch moeten de kinderen regelmatig naar hun ouders. Ook moet er regelmatig bezoek gebracht worden aan diverse instanties, moeten er boodschappen gedaan worden.
Een kind moet naar de dokter, of wat dan ook. Kortom, transport is essentieel. Dat is in Nederland zo, in Ethiopië is het niet anders.
Tot sinds kort werd dan altijd een taxi gehuurd, een bromdriewieler met chauffeur, ook wel tuktuk genoemd.
In Ethiopië noemen ze dat een bajaj, genoemd naar de Indiase fabriek Bajaj Auto, waar deze driewielers worden geproduceerd.
Dat loopt uiteindelijk wel in de papieren.
De blindenschool heeft nu een bajaj aangeschaft, een grote aanschaf op korte termijn, maar op langere termijn een besparing.